Dossier Na de noodopvang #8
Deze week vroegen we weer aan één van de mensen die in de noodopvang in Bethel verbleef om zijn vluchtverhaal te vertellen. Het is een verhaal over familie: de familie die je krijgt en de familie die je zelf vindt.
"Dit is mijn verhaal. Ik kom uit een gezin bestaande uit 8 gezinsleden: een vader, een moeder, drie zoons en drie dochters. Ik was het jongste broertje. Ik had een geweldige jeugd. Mijn vader was een handelaar in Jemen. Hij verhuisde naar Saudi-Arabië en werkte daar verder als handelaar. Het was een buitenlander niet toegestaan om eigen bezit te hebben, dus alles wat hij verdiende was bezit van de regering. Ik ging naar school en de dagen gingen voorbij. Totdat bij één van mijn broers een hartziekte geconstateerd werd. Hij werd succesvol geopereerd en onze levens gingen door. We waren een gelukkig gezin. Ik werd verliefd op een meisje en hield van haar met heel mijn hart. Ik vroeg haar ten huwelijk en ze zei ja, de dagen waren zo ontzettend mooi.
Maar plotseling keerde de ziekte van mijn broer terug. Mijn broer moest naar Irak voor een behandeling, maar daar brak de Golfoorlog uit. Dus mijn vader bracht mijn broer naar Egypte, maar zijn gezondheid ging snel achteruit en hij overleed. Mijn vader probeerde terug te keren naar Jemen, maar Saudi-Arabië weerhield Jemenieten er destijds van om terug te keren. Mijn vader verloor zijn werk. Ik was nog jong maar moest alle verantwoordelijkheid voor ons gezin dragen, ik werkte om ons huishouden te ondersteunen.
Ik reisde naar Bahrein en werkte daar in verschillende velden. Ik verloor mijn geliefde verloofde vanwege familieproblemen. Ik heb veel geleden en veel ontberingen doorstaan. Ik werkte 12 uur per dag. De Arabische revoluties vonden plaats, waaronder ook in mijn land, Jemen. Hierop volgde een gewapend conflict in Jemen, mijn huis lag midden in de regio die hard geraakt werd door dit conflict. Het was een zeer slechte situatie.
Ik probeerde mijn familie zo goed mogelijk te helpen. Ik werkte meer dan ik eigenlijk aankon om hen van de meest basale levensbehoeften te kunnen voorzien. We werden uit onze huizen geplaatst. Mijn moeder kreeg een beroerte en had intensieve zorg nodig. Deze zorg werd niet geboden in publieke ziekenhuizen, dus ik moest haar onder laten brengen in een privé ziekenhuis met exorbitant hoge kosten gedurende 2,5 jaar. Ze overleed.
Nog geen jaar later kreeg ook mijn vader een beroerte. Ook voor hem heb ik drie jaar lang heel erg hard gewerkt om hem te kunnen laten verzorgen in een privé ziekenhuis. Ik werkte om 12 verschillende mensen financieel te onderhouden en hen van basisbehoeften en medische zorg te voorzien. Een kaars brandt zichzelf op om anderen licht te kunnen geven.
De coronapandemie kwam en al mijn werk kwam tot stilstand. Ik verloor mijn baan. Mijn vader overleed en ik reisde naar Turkije om, via Griekenland, Europa te bereiken. In mijn eerste poging overleden er 8 mensen uit mijn groep. Mijn vriend uit Jemen, 3 Syriërs, 2 Marokkanen, 2 Algerijnen. Dit incident heeft mij erg geraakt. Ik keerde terug naar Bahrein en had enorme financiële problemen. Godzijdank kreeg ik een visum om naar Spanje te reizen. Ik vloog vanaf Bahrein, via Istanbul, naar Barcelona. Vanaf daar pakte ik een trein naar Frankrijk, België, Duitsland om uiteindelijk Nederland te bereiken.
Ik heb veel moeten doorstaan tijdens mijn vluchtroute naar Nederland. Eenmaal in Nederland ging ik naar Ter Apel en vanaf daar werd ik met een bus naar Den Haag gebracht. Dit is een prachtig station geweest in mijn reis. Ik hou van iedereen die ik in Bethel ontmoet heb. Ik heb daar mijn zusje, Betsy, gevonden. We leefden in Bethel in blijdschap en liefde. Toen we afscheid namen van de mensen in Bethel heb ik met heel mijn hart gehuild. Liefde is een geschenk van God. En ik hield van iedereen bij Bethel.
Vanaf Bethel ging ik terug naar Ter Apel, naar Zoutkamp en naar Budel. We zijn vanuit Budel verplaatst naar Biddinghuizen en daar wachten we nu onze procedures verder af. Dit was mijn verhaal."
Vertaald door Hamza Masoud & Betsy Schouten